Een vrouw beschouwt bevallingspijn
als leed van één geducht moment.
Doch wie de loop na ’t baren kent,
weet de verlossing enkel schijn.
De rust die spreekt uit knuistjes klein
raakt men als moeder snel gewend.
De roze wolk, u wel bekend,
verbiedt ons realist te zijn.
De liefde en aanhankelijkheid
van menig kind zijn fraai beschreven.
Maar kakbroek, drift, gehuil en nijd?
Ook dié zijn een gewis gegeven!
Vandaar: bezint eer ge weer vrijt,
de keus bepaalt uw ganse leven.
Kindervreugd
uw vrijheid is voorbij, u bent nu ouders
verloren zijn de laatste restjes jeugd
uw nachtrust, zorgeloosheid, levensvreugd
een juk zit vastgeklonken op uw schouders
al zijn ze groot, uw taak is nimmer af
u zorgt vanaf hun wieg tot aan uw graf
Aha… nog een ervaringsdeskundige… 🙂
Maar ik heb uiteindelijk toch méér bergen liefde dan de bergen kak gekregen!
Daar ben ik blij om, Kathleen!
Ik heb dit “oudje” nog eens van onder het stof gehaald, omdat ik op korte tijd twee jonge vrouwelijke collega’s met kinderen in de kleutertijd een hart onder de riem heb gestoken. Kinderen (kleine, maar ook grote) betekenen niet enkel zonneschijn, maar dat moet angstvallig verzwegen worden, waardoor jonge ouders die zich niét altijd superhappy voelen een schuldgevoel kweken. Gelukkig dat de balans tegen dat de kinderen het huis uit gaan in de meeste gevallen positief wordt opgemaakt.